BeschrijvingAlgemeen:Het vrijstaande pand aan de zuidzijde van de Dorpstraat, ligt ten opzichte van de weg enigszins verhoogd op een fors rechthoekig perceel, net buiten het centrum van Rosmalen.Het pand is voor een agrarische functie gebouwd in 1883 maar heeft naar verluidt ook een tijd lang als postkantoor dienst gedaan. Het huis bestaat uit twee delen; een rechthoekig woonhuis met een kelder, een begane grond en een zolderverdieping met dwars daarop een rechthoekig bouwdeel dat oorspronkelijk de functie van stal had. Het woonhuis heeft een met gesmoorde Oud-hollandse pannen gedekt zadeldak voorzien van wolfeinden en is met de lange zijde naar de straat gekeerd. De voormalige stal, die in de jaren zestig is verbouwd, heeft een eveneens met Oud-hollandse pannen gedekt zadeldak. Het pand heeft twee witgeschilderde houten serre's. De serre tegen de linkerzijgevel stamt uit de jaren twintig, de serre tegen de achtergevel is in de jaren zestig aangebracht. De witgeschilderde en in kruisverband gemetselde gevels van het woonhuis hebben een zwart gekleurde plint. Het erf is aan de straatzijde voorzien van een lage bakstenen tuinmuur met een toegangshek tussen gemetselde hekpijlers. Aan de achterzijde bevindt zich een hoge bakstenen muur die sinds de jaren zestig de erfscheiding markeert. Rechts op het perceel bevindt zich een vrijstaand bouwdeel dat in twee fasen tot stand gekomen is. Aan de straatzijde bevindt zich een garage onder een plat dak, daarachter een eenlaags houten gebouw onder een zadeldak. Achter op het erf is nog een houten tuinhuisje met een zadeldak gesitueerd. Voorgevel:Deze nagenoeg symmetrisch opgezette straatgevel, met in het midden de voordeur aan weerszijden geflankeerd een venster, wordt aan de bovenzijde afgesloten door een eenvoudige lijst met een geprofileerde bakgoot. De gevelopeningen hebben een steens segmentboog en worden geaccentueerd door groen geschilderde stuc-omlijstingen met goudkleurige kapiteeltjes.De getoogde T-vensters met geprofileerde groen geschilderde kozijnen zijn voorzien van vernieuwde draaiende onderramen, vaste bovenlichten en hardstenen onderdorpels. De opgeklampte buiten-raamluiken zijn vernieuwd. Men bereikt de voordeur, die voorzien is van panelen en een raam met siersmeedwerk, via een kleine trap met hardstenen treden. In het dakvlak bevinden zich twee houten dakkapellen, beide voorzien van dubbele negenruits draairamen. Ter hoogte van de zoldervloer zijn zes eenvoudige ankers in de gevel zichtbaar. | 1 |
Linkerzijgevel:In de jaren 1920 is ter rechterzijde van de gevel van het woonhuis over tweederde van de breedte een witgeschilderde serre met plat dak aangebouwd. Rechts van de serre en op de zolder bevindt zich een T-venster, identiek aan de vensters in de voorgevel, echter zonder stucomlijsting. Onder het venster op de begane grond is een kelderlicht aanwezig. De serre heeft een gemetselde plint, kraalschroten borstwering en houten raampanelen. Het tweeruits onderraam is aan de bovenzijde voorzien van zes geelkleurige raampjes. Hierboven bevindt zich het tweeruits bovenlicht.Het deel van de gevel behorende bij de voormalige stal, springt enkele decimeters terug en is voorzien van een venster dat in de jaren zestig is aangebracht. Rechterzijgevel:Deze gevel is geleed met drie vensters. Het T-venster op het zolderniveau is identiek aan de tegenhanger in de linkerzijgevel. De kraalschroten buiten-raamluiken zijn oorspronkelijk. Op de begane grond bevindt zich ter linkerzijde een getoogd venster met diagonaal geplaatst glas-in-lood. De gevelopening met T-venster ter rechterzijde van de gevel is opvallend genoeg niet getoogd en voorzien van een halfsteens rollaag. Dit zou kunnen duiden op een latere toevoeging van het venster. De T-vensters hebben een hardstenen onderdorpel, de onderdorpel van het glas-in-lood raam is van beton.Achtergevel:De achtergevel van het woonhuis gaat schuil achter de serre onder plat dak links, en de voormalige stal rechts. De serre heeft een houten opbouw en een kroonlijst op geprofileerde klossen. De serre sluit aan op de zijgevel van de voormalige stal. De witgepleisterde achtergevel van dit bouwdeel heeft een later toegevoegde houten portiek onder een lessenaardak. Inpandig bevindt zich de oorspronkelijke achtergevel van het woonhuis. In de interieurbetimmering (jaren zestig) is een uitsparing gemaakt, waardoor de gevelsteen met de naam MARKUS en de datum 17-2-1883 in het zicht is gebleven.Interieur:Het pand heeft op de begane grond een kenmerkende indeling van centrale gang met aan weerszijde enkele vertrekken. De gang heeft een tochtportaal met binnenpui, oorspronkelijke paneeldeuren gevat in geprofileerde, getoognagelde kozijnen en een stucwerkplafond. Tijdens een verbouwing in de jaren zestig is in diverse vertrekken een houten betimmering aangebracht. | 2 |
De kelder is toegankelijk vanuit de voormalige stal. De rechthoekige kelder heeft een bijzondere gewelfconstructie, de troggewelfjes zijn geslagen tussen houten liggers. Op de zolderverdieping is een aantal oorspronkelijke paneeldeuren van zolderkasten en berging behouden. Het plafond bestaat uit negentiende-eeuwse schroten met een kraalprofilering. In de jaren zestig is op plaatsen een houten betimmering aangebracht. De kapconstructie bestaat uit een aantal grenenhouten A-spanten met een nokstijl. De gordingen zijn aan de spantbenen geschoord door middel van windverbanden. Redengevende omschrijvingHet pand heeft monumentale waarde vanwege de gevels, de bouwmassa, de interieurindeling, de interieurelementen, de kapconstructie en de situering. Het gebouw is karakteristiek voor het bouwen in het vierde kwart van de negentiende eeuw en heeft daarom bouw- en architectuurhistorische waarde. Het gebouw heeft sociaal- en cultuurhistorische waarde vanwege de voormalige functie van postkantoor in het dorp Rosmalen. | 3 |